Met SIN21WOD1 heb ik een paar maanden geleden klasseregels opgesteld.Nou ja, opgesteld is niet het goede woord: de deelnemers mochten in groepjes klasseregels bedenken, en dan per groep 5 regels voorstellen en toelichten, waar we vervolgens over hebben gestemd. We, dat waren 10 leerlingen en 1 docent. One man, one vote.
Geen veto’s van mij, had ik beloofd, behalve voor echt domme dingen als roken in de klas. En als de directeur iets zou verbieden hadden we pech, maar ik ging hem niks vertellen. Zij ook niet, kreeg ik direct te horen.
Resultaat 1: Verbazing (of was het ongeloof?). ‘Dus, als de meeste stemmen ervoor zijn, mag het?’ ‘Ja. Zo doen we dat in een democratie’. (Ahum)
Resultaat 2: Flinke discussies in de groepjes (‘Nee joh, dat vind ‘ie toch nooit goed! ‘Maar als wij het willen, wij zijn toch met meer?!’)
Resultaat 3: Prachtige voorstellen, zoals ‘1e en de laatste 5 min voor jezelf’ (alsof niet de hele les voor henzelf is, maar dat heb ik niet hardop gezegd…) en ‘Wij zijn stil als de leraar praat (plus toegevoegd door iemand anders) en andersom ook’.
Resultaat 4: Een heldere set klassenregels, voorgesteld en gedragen door een ruime meerderheid van de groep.
En ook: eten en drinken mag, als het lokaal maar schoon gelaten word. Nou, daar werd flink gebruik van gemaakt. Chips, Red Bull (tsjonge wat stinkt dat spul), brood, cola, alles. De eerste twee weken dan. Want sinds de derde week met deze regels wordt er in de klas minder gegeten en gedronken dan toen het nog verboden was.
(Wordt vervolgd)
P.S. Wat me nu bij het bloggen pas opvalt: alle regels die hardop zijn voorgesteld, haalden een meerderheid. (Behalve dan mijn mijn voorstel dat de mobieltjes uit moesten.) De deelnemers pasten dus een hele effectieve selectie toe.
Read Full Post »